Vlaanderen Boven - deel 1: De Hydroloog - KAN bouwen

Vlaanderen Boven – deel 1: De Hydroloog

René Didde spreekt met hydroloog Marijke Huysmans (Vrije Universiteit Brussel en KU Leuven)

We willen en moeten in Nederland meer rekening houden met het veranderende klimaat. De bouwopgave van circa 900 duizend woningen betekent dat de woningen bestand moeten zijn tegen langere perioden van extreme droogte, meer wateroverlast, bodemdaling, verzilting en, alsof dit allemaal nog niet genoeg is, een gestaag stijgende zeespiegel.

Hoe gaan we dat doen? Hoe gaat Nederland, met een wereldnaam op het gebied van waterkeringen, dit organiseren? We gaan eens een kijkje nemen in Vlaanderen. Dit deel van België duikt vaak op met slimme oplossingen, duidelijke communicatie én verankering in wet- en regelgeving in de bouw.

‘In grote lijnen zijn de problemen met droogte en wateroverlast in Vlaanderen vergelijkbaar met Nederland. ‘Vier van de vijf laatste jaren hadden een droog voorjaar en droge zomer. Natuur en landbouw zijn daar niet goed tegen bestand. We kenden zelfs beperkingen in de drinkwatervoorziening. Ook in Vlaanderen leven veel mensen op een klein grondgebied. Er is intensieve landbouw en veel industrie.’

Marijke Huysmans is een gerespecteerd hydroloog aan de Vrije Universiteit Brussel en de KU Leuven en wordt net als Nederlandse deskundigen veel geraadpleegd in de media in tijden van droogte. In 2022 maakte ze deel uit van de droogtecommissie die het rapport ‘Zonder water geen later’ schreef met pittige aanbevelingen voor de Nederlandse provincie Noord-Brabant.

Ze gaat nog even door. ‘Als je op de waterstressindex kijkt, zie je dat Vlaanderen vergelijkbaar is met Italië. Het is haast niet te geloven. We hebben veel verhard oppervlak in onze steden. We hebben, anders dan Nederland, veel minder beschikking over aanvoer van rivierwater. Het Albertkanaal verbindt ons met de Maas. Dat levert de helft van ons drinkwater. Maar in tijden van droogte mogen boeren geen water meer oppompen uit de beken en rivieren. Het regenwater dat valt, kan niet overal goed in de bodem zakken en het grondwaterpeil herstelt zeer moeizaam na droogte zelfs als het weer regent.’

In Nederland praten we heel veel over maatregelen, hoe bereidt Vlaanderen zich voor op klimaatverandering, vooral in de woningbouw?
Huysmans: ‘Wat we al langer en, denk ik, voortvarender doen dan Nederland is dat het in nieuwbouw verplicht is om regenwater op te vangen. Elke woning is verplicht om een put aan te leggen van 5000 liter. Er wordt serieus overwogen om dit naar 8000 tot 10.000 liter te verhogen. Indien mogelijk uiteraard, want in een dichtbebouwde stad is dat moeilijker dan in een dorp.’

‘Ook scholen, kantoren en sportcomplexen worden verplicht regenwater op te vangen voor bijvoorbeeld toiletspoeling en besproeien van voetbalvelden.’

Wat is dat voor een put?
‘Het is een betonnen of kunststofton met een pomp. Het regenwater van het dak wordt daar naar toe geleid en opgepompt voor toiletspoeling. Mensen sproeien er ook hun tuin mee en gebruiken het soms voor de wasmachine. Het resultaat is dat we daarmee 50% van het kraanwater besparen. Is er meer regenwater, dan loopt de put over in een infiltratievoorziening waarna het water langzaam in de bodem sijpelt. Dat gaat op zandgrond (Noordoost-Vlaanderen) beter dan op leem en klei. Is er te weinig regenwater, dan is er kraanwater om het toilet te spoelen.’

Wat levert dat op?
‘We verbruiken in Vlaanderen net iets minder dan 100 liter per persoon per dag. Dat is twintig procent minder dan de Nederlander gebruikt (119 liter – RD).’

In Nederland vrezen mensen dat hun toilet grijs uitslaat door dat regenwater en dat mensen dan weer chloor gaan gebruiken om de pot wit te houden. Ook zijn beleidsmakers bang dat drinkwater en regenwaterleidingen verkeerd worden aangesloten.
‘De kraantjes in huis zijn standaard voorzien van duidelijke symbolen. Installateurs weten wat ze doen. Een filter voorkomt dat er takjes en stof in het spoelwater komt. De aanslag in het toilet valt beslist mee. Het is wel verboden om te douchen met het regenwater. Dit in verband met eventuele bacteriën. Maar er wordt over gedacht om dit te herzien. We zouden die filters nog wat slimmer kunnen maken zodat dit water ook kan worden gebruikt in de badkamer. De besparing op kraanwater kan dan nog groter worden.’

Is dit een convenant of is het in de wet verankerd?
‘Veel maatregelen zijn opgenomen in onze milieuwetgeving ‘Vlarem II’. Dat staat ook in de gewestelijke stedenbouwkundige verordening. Het is verplicht regenwater vast te houden, niet alleen voor droge perioden maar ook om overlast te voorkomen. Huiseigenaren zijn ook verplicht regenwater apart te houden van afvalwater. Niet enkel bij nieuwbouw maar ook bij een grote verbouwing of renovatie zullen huiseigenaren in de toekomst verplicht worden om regenwater op te vangen. Provincies en gemeenten gaan in hun verordeningen soms nog verder. Veel gemeenten zijn ook bezig om kale, harde pleinen met een enkele excuusboom te veranderen in groenere pleinen. En bij afgelegen percelen zonder riolering wordt bijvoorbeeld ook geëxperimenteerd met rietzuiverende helofytenfilters die in een gemeentelijke wadi uitmonden.’

Hoe communiceert Vlaanderen dit voortvarende beleid met inwoners?
‘Er ontstaat meer bewustzijn. Men accepteert dat in tijden van droogte het gras even een tijdje geel en bruin is. Wij worden als hydrologen alle dagen gebeld en krijgen een podium, ook tijdens primetime. In steden en dorpen houden we lezingen met steeds ditzelfde verhaal.’

‘Ik denk dat het probleem in Nederland is dat er honderden jaren is gecommuniceerd over de strijd tégen het water, overlast voorkomen en ‘droge voeten houden’. We moeten ons nog veel meer bewust worden dat de klimaatverandering betekent dat we niet alleen vaker met teveel water te maken krijgen, maar ook vaker met te weinig water.’

Tenslotte, wat is de invloed van beprijzing van het drinkwater?
‘Anders dan in Nederland hanteert Vlaanderen twee tarieven. Een basistarief, waarin mensen betalen voor hun normaal verbruik. Verbruik je meer, dan betaal je het dubbele bedrag in het zogeheten comforttarief. Dat is een duidelijke prikkel tot meer spaarzaam gedrag, zonder de minder welgestelde mensen overmatig aan te slaan.’

‘Voor de volgende vijf jaar worden beide tarieven gemiddeld tien procent duurder. De sterke reacties op deze aankondiging toonden wel aan dat veranderingen in de drinkwaterprijs erg gevoelig liggen.’

De Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) heeft de Waterwegwijzer Bouwen en Verbouwen uitgegeven.’

Portretfoto (c) Frederik Beyens