Vlaanderen Boven - deel 2: de Vlaamse bouwketen EMBUILD - KAN bouwen

Vlaanderen Boven – deel 2: de Vlaamse bouwketen EMBUILD

We willen en moeten in Nederland meer rekening houden met het veranderende klimaat. De bouwopgave van circa 900 duizend woningen betekent dat de woningen bestand moeten zijn tegen langere perioden van extreme droogte, meer wateroverlast, bodemdaling, verzilting en, alsof dit allemaal nog niet genoeg is, een gestaag stijgende zeespiegel.

Hoe gaan we dat doen? Hoe gaat Nederland, met een wereldnaam op het gebied van waterkeringen, dit organiseren? We nemen in een korte serie artikelen een kijkje in Vlaanderen. Dit deel van België duikt vaak op met slimme oplossingen, duidelijke communicatie én verankering in wet- en regelgeving in de bouw.

Tekst: René Didde

Bekend is dat in Vlaanderen zowel in nieuwbouw als in renovatie regenwater moet worden opgevangen in 5000 tot 7000 liter grote regenwaterputten. Het is wettelijk verplicht om dit regenwater te gebruiken voor toiletspoeling, het sproeien van de tuin en wassen. De goede naam van Vlaanderen betekent niet dat ze tevreden achterover leunen.

‘We moeten nog veel meer kennis verspreiden in de bouwsector over klimaatmaatregelen, zowel in de nieuwbouw als in de verbouw’, stelt Wim Garmyn van Embuild Vlaanderen. Dat is de Vlaamse branche-organisatie van naar schatting 16 duizend aannemers, installateurs en ook hoveniers. Embuild ijvert voor verbetering van de weerbaarheid van de gebouwde omgeving tegen droogte en wateroverlast door de inzet van ‘individuele en collectieve innovatieve technieken’. Ook in het dichtbevolkte Vlaanderen is er sprake van veel verharding met weinig infiltratiemogelijkheden.

Om de kennis bij de bouwsector te verbeteren heeft Embuild het initiatief genomen voor het consortium COOCK die een subsidie krijgen tot begin 2024. Daarin gaan niet alleen aannemers (Embuild en Buildwise) maar ook architecten (NAV), rioolbedrijven (Vlario) en het Vlaams Kenniscentrum Water (Vlakwa) via voorbeeldprojecten kennis verspreiden en zowel branchegenoten als publiek laten zien wat er allemaal in huis mogelijk is om de klimaatverandering het hoofd te bieden. Een Vlaams KAN platform, zogezegd.

Bestaande bouw
Zo is in het dichtbevolkte Borgerhout, een voorstadje van Antwerpen, de renovatie van een enkele woningen innovatief ter hand genomen. ‘Er is daar uiteraard weinig ruimte om de wettelijk verplichte regenwaterput aan te leggen. We hebben in de betreffende woning (80 m² bewoonbaar oppervlak) daarom in de kelder een regenwatertank van 7500 liter aangelegd’, vertelt Teun Depreeuw. Hij runt samen met een collega renovatiebedrijf Ecoverbo. Ze lieten ook een waterretentiedak aanleggen, met daarin aandacht voor de biodiversiteit van het groen. ‘In Vlaanderen is er een ‘klimaatpremie’ voor wateropvang. Hoe biodiverser het dak, hoe hoger de premie’, aldus Depreeuw. Mocht ten tijde van hoosbuien of een langdurige regenperiode de tank vol zitten, dan stroomt het regenwater in een met schelpen bestrooide patio. ‘Het water draineert vervolgens in de bodem’, zegt Depreeuw. 

Erg moeilijk en innovatief is dit niet. ‘Nee’, zegt de aannemer, ‘het is meer uw gezond en generalistisch verstand gebruiken. En de bewoners goed adviseren.’ Nu hoor je in Nederland vaak bezwaren opborrelen tegen het gebruik van regenwater in woningen, zelfs voor toiletspoeling. Het zou een onaangename kleur en aanslag in de toiletpot veroorzaken, wat de bewoners weer naar de fles chloor zou doen grijpen. ‘Allez, de oplossing daarvoor is toch simpel’, reageert Teun Depreeuw. ‘Koop geen witte toiletpot! Of zorg dat het onderste deel van de pot, waarin het water staat, bijvoorbeeld groen is. Of plak mooie plaatjes van bloemetjes onder in de pot. Dan ziet ge er bijkans niks meer van.’

Nieuwbouw
Sinds 2014 zijn er in Gent projecten gaande om het havengebied te herontwikkelen. De Nieuwe Dokken is zo’n project. Centraal staat een grote woontoren, Faar genaamd. Faar is Vlaams voor een grote lichtbron zoals de koplampen van een auto of het licht van een vuurtoren. En dat is precies wat het project wil uitstralen: een lichtend voorbeeld voor de moderne nieuwbouw. ‘Het woonproject beslaat straks 400 nieuwe appartementen’, vertelt manager Dries Seuntjes van Ducoop, de ‘duurzaamheidscoöperatie’ die is opgericht om de meerkosten te dragen van duurzame technieken voor sluiting van de kringloop van water, energie en grondstoffen. Honderd appartementen en een stadsgebouw met een school, crèche (‘kinderkribbe’) en een buurtsportzaal zijn al opgeleverd.

Het water van alle wooneenheden wordt in twee fracties gescheiden, vertelt Seuntjens. ‘Het toiletwater (zwart water) van de vacuümtoiletten, zoals we die kennen van vliegtuig en trein, hebben een verbruik van slechts 1 ½ liter per spoelbeurt in plaats van zes liter.’ Die geconcentreerde slurry gaat via een vacuümriolering naar de kelder. ‘Ook het met grinders vermalen organische keukenafval, waar ook buurtgenoten hun gft-afval met een pasje mogen invoeren, wordt als een slurry naar de vergistingsinstallaties gevoerd. Daar zetten micro-organismen het energierijke materiaal om in biogas. Dat wordt op het dak van FAAR verbrand waarbij de warmte naar de verwarming van de appartementen wordt gevoerd (vloerverwarming). ‘Het voorziet in ongeveer drie procent van de warmtevraag van het hele project.’

Uit de waterige stroom van de vergister worden grondstoffen als stikstof, kalium en vooral fosfaat gehaald. Het vergistingsslib zelf wordt elders verwerkt, aldus Seuntjens. ‘Het zogenaamde struviet is een mooi kristal, vergelijkbaar met kunstmest. We hebben er nog geen bestemming voor, maar ikzelf denk aan niet-humane toepassingen in stadslandbouw zoals bloementeelt.’

De tweede waterstroom bestaat uit het grijs water afkomstig van douche en wasmachine. ‘Het water wordt gemengd met het restwater van het zwart water en vervolgens via een klassieke zuiveringsmethode behandeld. ‘Daarna volgt nog een membraanfilterbehandeling (ultrafiltratie), waarna alle verontreiniging inclusief pathogenen worden verwijderd. We winnen dan de energie terug uit het douchewater, dat ongeveer twintig tot dertig graden is. Dat hergebruik voorziet in ongeveer 25 procent van de warmtevraag van het project.’

Dit water is zo schoon dat het kan dienen als proceswater voor de aanpalende zeepfabriek, waar detergenten worden gemaakt voor hotels en industriële bedrijven. Het mooie is dat de zeepfabriek op zijn beurt iets terug doet. ‘De restwarmte van het zeepproces levert precies de 60 tot 70 procent van de ontbrekende warmte van FAAR’, aldus Seuntjens.

Het hele water-energiesysteem is een businessmodel voor Ducoop, de coöperatie die de gehele  duurzame nutsvoorziening in de Nieuwe Dokken organiseert. ‘Bewoners betalen hun water- en rioolheffingen gewoon aan de watermaatschappij, maar die sluist dat geld weer terug naar Ducoop. Het businessmodel is daarmee een geïntegreerd systeem van multidiensten van water en energie.’ Ducoop beheert ook de wijkbatterij en de zonnepanelen op het dak van FAAR, die onder meer het wagenpark van de bewoners kunnen opladen.

Een prachtige kringloop, die naar meer smaakt, vindt ook Dries Seuntjens. ‘We hebben een spin-off van Ducoop opgericht, Circular genaamd, die soortgelijke diensten aan andere vastgoedprojecten in Vlaanderen gaat aanbieden. Voor De Nieuwe Dokken ontvangen we nog wat subsidie als voorbeeldproject maar het doel is zonder subsidie te opereren. Zeker en vast.’

De Grote Waterenquête
Eind juni 2022 toonde een enquête van Vlaams Kenniscentrum Water (VLAKWA) samen met de Universiteit van Gent onder 2636 mensen aan dat het waterbewustzijn onder de Vlamingen toeneemt. Meer dan 54% van de ondervraagden vindt water nu al schaars en 87% denkt dat het in de toekomst nog schaarser zal worden. Vlamingen steken ook zelf de handen uit de mouwen. Meer dan de helft heeft thuis een regenwaterput. Er is een grote bereidheid om maatregelen te nemen waardoor regenwater meer infiltreert rond het huis. Men vindt het gewoon om regenwater te gebruiken voor schoonmaak, tuin, wc-spoeling en de was. Opmerkelijk is dat 63 procent in de toekomst wil douchen met regenwater. Dat moet dan wel eerst worden gezuiverd en aan de minimale kwaliteitseisen voor de gezondheid voldoen.

Een derde is bereid bestaande verharding te verwijderen. In 2018 was dit nog maar 17%. Negentig procent zegt geen verharding bij te plaatsen zodat regenwater beter kan infiltreren (dit was vijftig procent in 2018).

Ook uit deze enquête blijkt echter dat er zelfs in Vlaanderen nog veel te winnen is. Bijna zestig procent zoekt advies om het watergebruik in huis te optimaliseren. De helft daarvan weet niet waar ze het zoeken moet.

En net als in Nederland hebben veel mensen (47%) geen flauw benul van hun waterverbruik en van de hoogte van hun waterrekening (27%). Om dat bewustzijn te bevorderen installeren steeds meer waterbedrijven een digitale watermeter.

Zie ook: Water in Vlaanderen anno 2022 – Resultaten van De Grote Waterenquête 2022